De Boekhandelaar van Florence
Door Hans Hoek
Ross King schreef het boek De boekhandelaar van Florence, over de renaissance, de boekdrukkunst en de veranderende kracht van ideeën (2021). Ik lees deze auteur van historische boeken graag. Eerder schreef hij onder andere De koepel van Brunelleschi (2002) over de bouw van de koepel van de dom van Florence en De hemel van de Paus (2004) over de wijze waarop Michelangelo het plafond van de Sixtijnse kapel van fresco’s voorzag.
Het bedrijf van de boekhandelaar
De boekhandelaar van Florence beschrijft het leven van Vespasiano da Bisttecci (1421-1498) die veertig jaar een boekhandel in Florence had. Een boekhandelaar was toen iets heel anders dan nu. Hij maakte op bestelling handgeschreven manuscripten, ook wel ‘codex’ genoemd. Hij had dus een werkplaats voor het maken van perkament en voor hout- en metaalbewerking voor de omslagen. Hij schakelde kopiisten in om het manuscript over te schrijven uit een eerder werk en illustratoren om de miniaturen te schilderen en de kantlijnen te versieren. Soms waren er ook vertalers nodig om een manuscript van het Grieks naar het Latijn te vertalen.
Vespasiano wat een van de groten in zijn vak. Hij leverde aan alle rijken en machtigen in die tijd. Ook al streden de heren van Urbino of Napels met elkaar of met de heerser van Florence, Vespasiano leverde aan iedereen.
Renaissance
Het boek heeft vele verhaallijnen, waarvan de biografie van Vespasiano en de ontwikkeling van het boekenvak de belangrijkste zijn. Maar ook de ontwikkeling van de renaissance in de 15de eeuw in Italië, de vele oorlogen tussen stadstaten en met de sultan van Constantinopel, het pausdom en de mislukte verzoening van de Rooms-Katholieke en de Byzantijnse kerk komen aan de orde.
De renaissance betekende nieuwe interesse in de klassieke Grieken en Romeinen van voor de vijfde eeuw na Christus en een zoektocht naar de manuscripten die uit die tijd overgebleven waren. Rijken en machtigen ontleenden prestige aan een grote bibliotheek met oude en nieuwe – door Vespasiano en anderen gemaakte- manuscripten.
Letterboekdrukkunst
De tijd van Vespasiano was het hoogtepunt van het maken van nieuwe manuscripten en tegelijk het einde ervan. Want rond 1440 werd de letterboekdrukkunst uitgevonden (de blokdrukkunst bestond al 200 voor Christus). Deze kwam 10 jaar later naar Italië. Het mooie van ‘De boekhandelaar’ is dat je veel leert over het handmatig maken van manuscripten en over het ontstaan van gedrukte boeken. Zo wist ik niet dat de letterboekdrukkunst is ontwikkeld door goudsmeden (zoals Gutenberg), die als enigen in staat waren de matrijzen voor de loden letters te maken. De begrippen bovenkast (hoofdletter) en onderkast (kleine letter) komen voort uit de wijze waarop de loden letters in de kast bewaard werden.
De indeling van het huidige boek ontstond ook in die tijd, want volgens Ross King is Vespasiano de uitvinder van het schutblad, het colofon en de inhoudsopgave. Die kwamen in eerdere manuscripten niet voor. Zo is er nog veel meer te leren uit dit boek. Ik zal het zeker nog vaker lezen.
Goede port
‘De boekhandelaar van Florence’ is als goede port. Je moet het in kleine teugjes genieten en niet te veel tot je nemen, anders waardeer je het niet en raak je de kluts kwijt. Ik heb er dan ook heerlijk lang over gedaan om het boek te lezen. Ik vind alleen jammer dat het geen gebonden boek is. Ook zou een register van de personen uit het boek helpen, want ik moest vaak terugzoeken wie ook al weer wie was.
Het boek is voor mij extra waardevol, omdat het voor mij past in een aantal belevenissen die met boeken te maken hebben. Zo bezocht ik vorige zomer het Drukkunstmuseum in Maastricht, waar kunstenaar René Glaser ons bevlogen vertelde over de blokdrukkunst en de letterdrukkunst. Ik was nog aan het lezen in het boek toen bij Kunst en Kitsch een getijdenboek werd besproken. Dat is een manuscript van 1488 uit Noord-Holland, dat geïllustreerd werd door de ‘Meester van de Zwarte Ogen’. Dat manuscript bleek € 100.000 waard. Door die naam op te zoeken, ontdekte ik dat er een Lexicon van Boekverluchters bestaat, waarin alle ambachtslieden die miniaturen en initialen in manuscripten maakten, beschreven zijn. Zo leer ik heel veel naast het boek op zich.
Maar het mooiste vind ik toch wel dat De boekhandelaar van Florence naadloos aansluit bij het boek Papyrus van Irene Vallejo, dat ik eerder las en waarover op deze site een boekbespreking staat, waar ik het helemaal mee eens ben. Irene Vallejo eindigt haar boek in de vijfde eeuw. Ik vond het jammer dat het daarna niet verder ging. Ross King voorziet in die lacune omdat hij beschrijft hoe ze juist in de 15 de eeuw op zoek gingen naar manuscripten van de vijfde eeuw en eerder, waardoor de oudheid herleefde (‘renaissance’). Door combinatie van beide boeken heb je een doorlopend inzicht in de wijze van vastleggen van het schrift van de 3de eeuw voor Christus tot de 16de eeuw. En eigenlijk daarna, want het gedrukte boek krijgt pas eind 20ste eeuw concurrentie van digitale opslagmogelijkheden en deze eeuw van het E-book.
De boekhandelaar van Florence is een boek, waar ik blij mee ben en dat ik ieder kan aanbevelen.
Ross King, De boekhandelaar van Florence, over de renaissance, de boekdrukkunst en de veranderende kracht van ideeën. Amsterdam: De Bezige Bij 2021.