Max, Mischa & het Tet-offensief
Er zijn er die halverwege, of al eerder, afhaken. Er zijn er die zich ergeren aan de soms extreem lange zinnen, veroorzaakt door opsommingen. Er zijn er die er geen verkeerd woord over willen horen. Er zijn er die van alles gaan opzoeken. Tot de laatste twee behoor ik. Ik heb het over Max, Mischa en het Tet-offensief (MM&T) van de Noorse schrijver Johan Harstad uit 2015, in vertaling verschenen in 2017.
De meeste potentiële lezers zullen zich wel even achter de oren krabben. Meer dan 1100 pagina’s (op mijn e-reader), heb ik daar zin in? Dat zijn er een stuk meer dan die van Een klein leven van Hanya Yanagihara, een boek waarmee MM&T wel wordt vergeleken (uitgebreid in de bespreking van Marja Pruis in De Groene). Ik begrijp de vergelijking al zou ik er niet opgekomen zijn. De toon, de stemming, het verhaal, de sentimenten, de kleur, ze zijn zo verschillend. Wat overeenkomt is dat je in beide boeken een paar mensen volgt die volwassen worden en wat er dan en daarna met hen gebeurt (beide boeken delen het coming of age-genre). In Een klein leven is het leed en liefde die gedeeld worden, in MM&T is het kunst (toneel, beeldende kunst), ontheemding, ontworteling, zoeken. Ook dat laatste klinkt somber, maar als ik beide boeken een kleur zou moeten geven, dan is Een klein leven diepzwart en is MM&T ondanks alles geel.
Het verhaal kort
Als je wilt vertellen waar een boek over gaat dan kan dat kort en dan kan dat uitgebreid. Ik kies voor kort en dus noodzakelijk onvolledig. Ik deel liever de leeservaringen, dat wat het boek voor mij zo bijzonder maakt en ervoor zorgde dat ik niet afhaakte maar het steeds fijn vond om door te lezen.
Drie, vier hoofdpersonen. Twee Noorse: Max en zijn oom Ove die in de VS Owen wordt genoemd, dan Max’ vriendin, de Canadese Mischa Grey (of is het omgekeerd: is Max meer de vriendin van Mischa?). En dan is er nog Max’ vriend Mordecai. Max en Mordecai zijn jeugdvrienden en blijven dat, ook als beiden een eigen weg in de toneelwereld kiezen. Max wordt toneelregisseur, Mordecai acteur.
Mischa, die zeven jaar ouder is dan Max., ontwikkelt zich tot een geslaagd en populair kunstenares. Ove is lange tijd iemand die alleen maar op de achtergrond genoemd wordt. Tot Mischa en Max hem gaan opzoeken waarna de banden steeds nauwer worden aangetrokken.
Max en Ove hebben beide Noorwegen als vaderland maar raken daar steeds verder van verwijderd. Max vertrekt nog tijdens zijn jeugd samen met zijn ouders naar de VS waar zijn vader een carrière als piloot voortzet. Ove/Owen ging daar al eerder heen om de muziek. Om zijn kansen op burgerschap te verhogen besloot hij als vrijwilliger naar Vietnam te gaan, en ontsnapte daarna niet aan trauma’s. Vandaar ‘het Tet-offensief’ in de titel.
Een deel van het boek speelt zich af in Noorwegen, wanneer de jeugdjaren van Max aan de orde komen, de spelletjes die hij speelt met vrienden, de imitatie van oorlog. Het grootste deel speelt in de VS ten tijde van de Vietnamoorlog en daarna in de tijd rond 9/11 en de orkaan Sandy in 2012.
Waarom leesplezier?
Genoeg over de inhoud. En dat is echt in een paar zinnen aan te duiden. Maar het boek is zoveel meer! Ik bedoel dit: als je het boek wilt lezen als een verhaal met een begin, een middenstuk en een eind, als een traject van A naar B dat efficiënt afgelegd moet worden, dan is 1100 pagina’s wel erg veel. Het leesplezier dat ik beleefde, ontleende ik aan andere kenmerken van het boek, zoals:
De taal, de stijl. Het is alsof het je echt verteld wordt en dat in een behoorlijk hoog tempo. In het begin moest ik daar even aan wennen, aan die bijna rebbelende toon. Maar het went snel en daardoor leest het boek wel lekker door. De interpunctie lijkt een versnellend effect op het tempo te hebben: veel komma’s waar je een punt, een rustmoment dus, zou verwachten.
Het inlevingsvermogen. Ik las prachtige passages over de binnenwereld van de verschillende personen, over hoe ze denken, dingen ervaren die ze meemaken, en soms, wat er gebeurt als ze spreken. Neem de passage op blz. 286 waarin Mordecai voor het eerst aan iemand vertelt dat hij acteur wil worden waarna het ook voor hem een realiteit is.
De feitelijkheden. Er zit een sfeer van exactheid in het boek, van precisie als het om data gaat. Maakt niet uit of het om muziekuitvoeringen gaat of om vluchtnummers, om filmfragmenten of acteurs. Ik kreeg vanzelf de neiging om van alles te gaan opzoeken op Youtube: de laatste helikopter die vertrok uit Saigon, fragmenten uit Apocalypse Now, het concert van het Mingus Quartet in Oslo in 1964, over schilders uit de omgeving van Mischa. Ik zocht het appartementencomplex op waar Owen gaat wonen (later trekken ook Max en Mischa bij hem in) en zag prachtige foto’s van dit monumentale pand. En toen ik hier eenmaal mee bezig was, ging ik me afvragen of ik materiaal van Mischa zelf zou kunnen vinden, … Als allerlei mensen en situaties uit haar omgeving niet fictief zijn, hoe zit dat dan met Mischa zelf?
De opsommingen. Ze komen op de meest vreemde plekken voor en in de vreemdste situaties en toch doen ze niet vreemd aan. Ja, ze halen het tempo uit het verhaal, verbreken de verhaallijn van dat moment maar dat geeft niet want de auteur is vaardig genoeg om je weer veilig terug te leiden. Intussen heb je dan wel kunnen genieten van geweldige observaties en (heel vaak ook) verkenningen van mogelijkheden. Het boek grossiert erin. Neem de passage waarin Max beschrijft hoe Mischa eruitziet als hij haar voor het eerst ontmoet (pag. 314-315): alle details van haar lichaam en haar bewegingen. Zoals van haar ….
‘… hals, hoe haar haren de vorm van haar schedel volgden en in haar nek vielen waardoor de kleine knobbel in het achterhoofd zich aftekende die meestal prominenter is bij mannen dan bij vrouwen en waarvan we leerden (en daarna nooit meer vergaten) dat die de protuberantia occipitalis externa heette, ook wel bekend als talentenknobbel, maar waar we verder nooit het nut van inzagen; haar tanden, neus, de moedervlek in de holte van rechterelleboog (cubital fossa); haar ogen;…’ (volgt uitwijding over haar ogen).
Ik ken weinig mensen die na jaren nog een soortgelijke eerste indruk weten te rapporteren. Bizar natuurlijk maar binnen het boek kan het.
Ander voorbeeld. Tegen het eind van het boek is Max aanwezig bij een Joodse begrafenis. Hij kijkt dan om zich heen wie daar nog meer zitten en geeft dan een lange opsomming van mensen en hun (mogelijke) beweegreden om daar aanwezig te zijn. Het is uitgesloten dat Max dat op dat moment zou kunnen denken, de omstandigheden zijn daar absoluut niet naar, en toch. Is het fascinerend om te lezen. Alsof Max het feit waarom hij daar is niet wil accepteren en er daarom omheen kijkt.
Het spel van fictie en feitelijkheid. Die Mischa Grey, ga haar maar google en je komt haar tegen: foto’s van haar en haar werk en catalogi van haar tentoonstellingen, de geciteerde recensies in kranten als The New York Times. In het boek kom je paginalange beschrijvingen van haar schilderijen tegen, helemaal op de manier en in de stijl van kunstcritici en je ziet ze op internet terug, al die wasmachines die ze schilderde, kijk maar in dat boek. Verrek, denk je dan, het is allemaal echt. En je gelooft het toch niet….
Onderlinge verwijzingen. Max speelt met zijn vriendjes oorlogje, Max en Mordecai communiceren met elkaar door middel van citaten uit Apolcalypse Now, Voor Owen is Vietnam geen film maar realiteit. De vele verwijzingen naar toneelstukken, films, muziek, …
Afijn, er is veel te vertellen over dit boek, over een verhaal dat dicht bij het leven staat, ook bij het leven van de lezer. Er valt veel te herkennen.
Max, Mischa en het Tet-offensief verscheen in 2017 in de vertaling van Edith Koenders en Paula Stevens bij Uitgeverij Podium. ISBN 978 90 5759 850 0. Het is te koop of te bestellen bij uw lokale boekhandel en bij managementboek.nl.
Interessante besprekingen:
https://deleesclubvanalles.nl/recensie/max-mischa-het-tet-offensief
https://www.groene.nl/artikel/de-laatste-omhelzing
En wat Maarten ’t Hart erover zegt:
https://www.youtube.com/watch?v=7tJxNamOXNo
Pingback:Een verzwegen dochter van W.F. Hermans? – Blij met een boek