Varianten van lezen
‘Het lezen van letter op een bladzijde is slechts een van de vele vermommingen van die functie. De astronoom die een kaart leest van sterren die niet meer bestaan; de Japanse architect die het land leest waarop een huis gebouwd moet worden, teneinde het te beschermen tegen boze machten; de zoöloog die het spoor van dieren in het oerwoud leest; de kaartspeelster die de gebaren van haar partner interpreteert voordat hij de winnende kaart uitlegt; de balletdanser die de notaties van de choreograaf leest, en het publiek dat de bewegingen van die danser op het toneel leest; de wever die het ingewikkelde ontwerp van een tapijt op zijn weefgetouw leest; de organist die verscheidene gelijktijdige strengen muziek leest zoals ze op de pagina georkestreerd zijn; de ouder die het gezicht van de baby leest op zoek naar tekenen van vreugde of schrik, of verwondering; de Chinese waarzegger die de oeroude tekens leest op het pantser van een schildpad; de minnaar die blindelings het lichaam van zijn geliefde leest, ’s nachts onder de dekens; de psychiater die patiënten helpt hun eigen verbijsterende dromen te lezen; de Hawaiïaanse visser die de stromingen van de oceaan leest door een hand in het water te steken; de boer die het weer van de hemel afleest – al die mensen hebben het vermogen tot ontcijferen en vertalen van tekens met boekenlezers gemeen. (…) Het is de lezer die zin moet toeschrijven aan een systeem van tekens, en het vervolgens moet ontcijferen.’

Deze schitterende varianten van een en hetzelfde werkwoord is te vinden in het prachtige boek Een geschiedenis van het lezen van Alberto Manguel. Wat een mooie verzameling. En toch is de lijst nog niet compleet. Toen ik hem las moest ik onmiddellijk denken aan de variant uit het Oud-Testamentische Bijbelboek Ruth waar Ruth, met haar schoonmoeder Naomi in de oogsttijd teruggekomen in Bethlehem, aren gaat ‘oplezen’. Het was in die tijd (op een voorschrift uit het boek Leviticus) gebruikelijk dat maaiers niet alles oogsten maar wat achterlieten voor de armen. Ruth maakt gebruik van dit recht:
‘Zo ging zij heen, en kwam en las op in het veld achter de maaiers’.
Okay, er staat ‘oplezen’ en niet ‘lezen’ maar het gaat om dezelfde handeling: het herkennen en oprapen. Het hier geciteerde ‘(op-)lezen van aren’ is afkomstig uit de Statenvertaling van 1637, een formidabele prestatie die veel heeft bijgedragen aan de wording van het Nederlands als eenheidstaal.
De Nieuwe Bijbelvertaling van 2004 sluit aan bij de Statenvertaling en geeft het werkwoord ‘aren lezen’ , dus zonder het voorvoegsel ‘op’; ook de oudere Willibrordvertaling (1981) geeft ‘aren lezen’. Ik vind het een prachtige uitdrukking die ik heb onthouden vanaf dat ik hem als kind voor het eerst hoorde.
En toen was er nog een variant. Ik kwam hem heel toevallig gisteren tegen toen ik bladerde door Meer modernismen van Kees van Kooten uit 1986. Een van de verhalen gaat over een vijver in de tuin. Daarin waren elk jaar schrijverkes is bewonderen (het insect dat door Guido Gezelle zo mooi poëtisch is geëerd). Wanneer op enig moment een ‘achtpotige waterloper’ in de vijver neerstrijkt, vertrekken de Schrijverkes. Van Kooten:
‘sinds het verschijnen van de achtpotige waterloper valt er geen schrijver meer te lezen.’
Wat een mooie vondst.
Eerdere citaten:
Pingback:Lezen in tijden van Netflix – Blij met een boek