apr 13, 2021
De bibliotheek van Parijs
Voor wie zich verdiept in ‘leesplezier’ (en dat doe ik met veel plezier) is een titel als De bibliotheek van Parijs als een magneet. Een aangename verrassing dus van Bookchoice om deze recente titel onlangs op te nemen in de maandelijkse keuze.
Historische fictie
De bibliotheek van Parijs van Janet Skeslien Charles valt qua genre onder wat wel ‘historische fictie’ wordt genoemd: boeken over een feitelijke situatie in het verleden die met de nodige verbeelding wordt verteld. In dit geval gaat het om de Amerikaanse bibliotheek in Parijs ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Veel van de stafleden van deze bibliotheek uit het boek hebben ook werkelijk geleefd (of leven nog). De rol van de bibliotheek in de morele ondersteuning van soldaten heeft ook werkelijk plaatsgevonden. De auteur vertelt in het nawoord veel research verricht te hebben om zo dicht mogelijk bij de feiten te blijven. Het boek is een ‘verhaal dat verteld moest worden’ – de bibliotheek en haar medewerkers verdienden dat. Noem het een hommage.
Historische fictie is een verzamelnaam voor allerlei historische romans. Ik bedoel dat de link met het verleden niet altijd even hecht en gedocumenteerd is. Bij De bibliotheek van Parijs is die link er duidelijk, tot in personen toe. Ook aan een andere historische roman die ik onlangs las, is dit het geval. Ik doel op Het meisje in de witte kimono van Ana Johns dat speelt in Japan in de jaren na de Tweede Wereldoorlog en dat de moeizame verhouding beschrijft van een zeer traditionele cultuur met de nieuwe situatie van een gecontroleerde natie. Ook hier liggen historische feiten aan de basis van het verhaal.
Ook een nog recent boek als Suikerbastaard van Jaap Scholten zou je tot dit genre kunnen rekenen.
Maar als ik google dan zie ik dat ook boeken als het overigens prachtige De naam van de roos van Humberto Eco en De stam van de holenbeer van Jean M. Auel dit stempel krijgen. Tja, daar wordt het genre wel heel breed van. Het schuifje op het continuüm tussen feit en verbeelding is dan wel erg naar de verbeelding verschoven.
Twee verhalen
Het verhaal speelt zich af in twee tijdsgewrichten: in de aanloop naar en tijdens de Tweede Wereldoorlog en in 1983. Beide perioden zijn met elkaar verbonden door de persoon van Odile, een jonge ambitieuze Franse vrouw die in 1939 solliciteert bij de Parijse bibliotheek en daar gedurende de oorlog blijft werken. In het merendeel van de hoofdstukken is Odile de verteller (soms worden er korte hoofdstukken ingelast om het perspectief van haar collega’s verder te verfijnen). De andere grote verteller is het buurmeisje van Odile wanneer ze na de oorlog in Montana VS soort, Lily genaamd.
bron Goodreads.com
De hoofdstukken die in de Tweede Wereldoorlog spelen geven een beeld van de dilemma’s waarmee de bibliotheek als instituut en waarmee haar stafleden als personen te maken krijgen:
- onzekerheid in gezinnen (Odiles tweelingbroer Rémy meldt zich aan als vrijwilliger in het leger),
- angst bij de buitenlanders in Parijs om opgepakt te worden,
- het ‘samenwerken’ met de bezetter om andere belangen niet te schaden (de vader van Odile is politiecommissaris en moet bepaalde taken wel uitvoeren om voor zijn gezin te zorgen; de vrijwilliger Marianne gaat een relatie met een Duitser aan en helpt daar anderen mee),
- het bezorgen van boeken kan als illegaal worden bestempeld en daarmee strafbaar zijn.
- de verslechtering van de situatie voor de joden in de stad.
Ik denk dat de auteur vooral het verwarrende van de situatie heeft willen aangeven waardoor er toen beslissingen werden genomen die achteraf als fout aangemerkt zouden worden maar die toen, bij veel minder informatie, genuanceerder lagen. Maar ook beslissingen waarvan toen al duidelijk was dat er veel moed voor nodig was om daar de risico’s van te durven dragen. En ja, er gebeurden ook dingen in de afrekening en vergelding die mensonterend waren.
In de hoofdstukken die enkele decennia na de oorlog spelen, zien we dat Odile na een teruggetrokken leven de deur open zet voor haar buurmeisje Lily en het gezin van Lily, een deur die ook (tijdelijk) weer in het slot valt als Lily een verkeerde conclusie trekt over Odile naar aanleiding van enkele brieven die ze vindt. Dan blijkt dat de gezegende invloed van Odile op de soms eenzame Lily ook haar grenzen heeft. Odile heeft in haar leven van haar ervaringen geleerd, dat is wel duidelijk, maar blijft ook kwetsbaar.
Gelijk in het begin van het boek, al bij de start, ben ik gecharmeerd van de keuze van de auteur om Odile bijna ‘bezeten’ te laten zijn van het Dewey Decimale Classificatiesysteem. Odile denkt bij boeken in nummers in dit systeem. Prachtig hoe die nummers voor haar dienst doen als coördinaten die orde scheppen in de chaos en die haar ervaringen hun plaats geven in de ordening van het begrijpen.
En toch, en toch…
Aarzelingen
Laat ik proberen duidelijk te verwoorden waar mijn aarzeling zit bij de beoordeling van deze roman. Ik heb de indruk dat de hommage aan de moedige bibliotheek ten tijde van de oorlog een wat mager scenario voor een roman zou opleveren. Het lijkt erop dat de auteur er daarom een aantal forse ‘vreemde’ elementen aan toe heeft gevoegd zoals natuurlijk de figuur van het buurmeisje Lily maar ook de romantiek (Bitsi en Rémy, Paul en Odile).
Tegelijkertijd bleef ik met een aantal vragen zitten die vooral over het eind van het boek gaan.
Zo vind ik de keuze voor Buck en het overhaaste vertrek uit Frankrijk zonder ook maar van iemand afscheid te nemen, wel wat erg plotseling. Odile verbrandt in feite alle schepen achter zich. Begrijpelijk als het Paul aangaat, maar ten aanzien van haar ouders …?
Ander voorbeeld. Odile gaat, na rijp beraad en ampele overweging, op reis naar een oude vriendin, Lucienne. Dat bezoek zou wel een maand kunnen duren maar ze is na twee weken al weer terug. Volgens eigen zeggen omdat ze Lily mistte. Maar raar dat we verder helemaal niets over dit bezoek lezen. Als het opvoeren van deze vriendin en dit bezoek bedoeld is om iets te laten oplichten over het karakter van Odile, dan laat me dat toch in het ongewisse.
Compliment
Tot slot een compliment. Het deel over Lily begint in hoofdstuk 2 als ze voor het eerst bij Odile aanbelt. Het is dan 1983. Daar eindigt het boek ook, nu bij Odile die reageert op de deurbel. Dat vond ik een mooie vondst. De cirkel in het boek is dan rond.